U ziet het goed. Er staat mus op het menu. Tijdens een etentje op een Rotterdams terras werden we nauwlettend in het oog gehouden door een bende huismussen. Of moet ik zeggen terrasmussen. Ze aasden op elk kruimeltje dat op de grond belandde of op tafel bleef liggen. Ze kwamen het zelfs uit mijn handen pikken. The easy way of living?
Natuurhistorisch
Ik was de dag er voor al stevig onder de indruk geraakt door een prachtige tentoonstelling in het Natuurhistorische museum van de belangrijkste havenstad van Europa. Een knus museumpje maar met briljante koppen die ons enkele exposities serveerden die qua opzet tot de leukste hoorden die ik ooit mocht aanschouwen. Zeker deze over de aanpassing van soorten aan het drukke stadsleven. De boodschap was even treffend als de opzet van het geheel.
Natuur is geen enkel moment bezig met het feit dat wij alles stevig naar de kloten aan het helpen zijn. Ze past zich gewoon aan. Sommige soorten zullen dit niet snel genoeg doen en op termijn verdwijnen. Maar heel wat slimme wezens doen gewoon hun ding en passen hun gedrag of levenswijze razendsnel aan. Het zijn de overlevers die het denkelijk langer gaan uitzingen dan wij, de daders van al dit onheil. Boeiend.
Draadnest van houtduif. Symbool van zulke aanpassingen.
Afvalzwaan
Onze terrasmus is alvast op de goede weg. Ze heeft bij gebrek aan natuurlijk voedsel door te weinig groen in de stad beslist om het anders aan te pakken. Dus gaan ze op zoek naar andere oplossingen. Voedsel, water en bescherming zijn de drie factoren die voor een groot deel het succes van een populatie bepalen. En voedsel vinden ze dus op de plaatsen waar veel mensen er mee morsen. Of, omdat ze die terrasmussen zo sympathiek vinden, het hen gewoon aanbieden. Makkie, op zijn Hollands.
En er zijn zo nog voorbeelden. Op de tentoonstelling een mooie opstelling met de afvalzwaan. Een nest volledig samengesteld met afval uit de Rotterdamse kanalen met daarop een opgezette knobbelzwaan . En de boodschap was ook duidelijk. Wij vinden dit vies en not-done. Maar ons koppeltje vindt het heel normaal. Ze maken hun nest met wat er voor handen is. En aangezien het aantal rietstengels of ander plantaardig materiaal dat geschikt is voor zo een groot nest op die plaatsen wel heel beperkt is gaan ze gewoon op zoek naar een alternatief. Afval. Dat is er in overvloed aanwezig. Daar zorgen wij wel voor.
Inventief
Ik ben echt gefascineerd geraakt door deze inkijk in het leven van deze “stadsdieren”. Want ook in onze omgeving kunnen we zulke voorbeelden vinden. De natuur is zich totaal niet bewust van de catastrofe die de mens aan het creëren is en een aantal soorten passen zich onbewust, maar wel heel doeltreffend, aan. We gaan als mensen het uitzicht van de natuur zeker veranderen (zeker niet verbeteren, dat is duidelijk). Maar moeder natuur klein krijgen, dat gaat niet lukken. Daar is ze veel te inventief voor. Gelukkig.